Als ze me niet zien kunnen ze me ook niet pesten

13 september 2021 door Nicole Loeffen

Een blij meisje van acht met een nieuw rood metalen brilletje op haar neus staat midden op de schooldag aarzelend op de drempel van haar klas. Haar klasgenootjes zijn in groepjes aan het werk. Als de juf haar ziet klapt ze in haar handen en zegt tegen de klas: ‘opgelet allemaal, Nicole is er weer, ze heeft een bril en jullie mogen haar daarmee niet pesten.’  

Een angstig meisje van tien ondergaat sindsdien jarenlang gepest. Verlamd als een lappenpop staat ze keer op keer in het midden van een groepje pestjochies die haar op straat opwachtten, insloten, duwden en uitscholden. Ze trokken haar van haar gloednieuwe fiets, deden deze op slot en gooiden de sleutel in het water. Haar ouders zochten een andere school, maar dat bleek geen oplossing. De pestjochies bleven haar opzoeken. 

Een teruggetrokken meisje van twaalf is stil, zit gebogen om kleiner te lijken in een hoekje en vermijdt contact met de anderen in de brugklas van het VWO. Als ze me niet zien zullen ze me ook niet pesten, denkt ze. Ze schreef een werkstuk over eenzaamheid, ook als je niet alleen bent.  Dat ging over anderen en stiekem ook over haar. 

Een bevrijd meisje van vijftien loopt weer rechtop, lacht en geeft haar mening. Als door een wonder was ze een paar maanden daarvoor door een stel bovenbouwjongens overgehaald om de hoofdrol in hun musical te spelen. Ze waren aardig voor haar en gaven haar daarmee haar zelfvertrouwen terug.  Vol in de schijnwerpers op het podium voor de hele school boog ze voor het applaus. Er viel een enorme last van haar schouders. 

Een zelfverzekerde vrouw van vijfenveertig vertelt op een avond tijdens een leiderschapsprogramma met een traan hoe haar pestverleden haar gevormd heeft. Een volwassen vent kijkt haar aan ‘Ik ben bang dat ik zo’n pestjoch was vroeger. Sorry namens alle pesters.’ Hij heeft een brok in zijn keel. 

Een vijftigjarige vrouw wordt opnieuw niet geaccepteerd door haar opleidingsgroep. De pijn en het verdriet van toen vermenigvuldigen zich met die van nu. Leeftijdgenoten raken haar en daarmee de groep en dus ook zichzelf pijnlijk. Alles wat ze ooit diep weggestopt heeft komt in beweging in haar. Ze is nu wel sterk genoeg om het aan te gaan. Ze staat letterlijk tegenover de meerderheid van de groep in de ruimte en blijft nu. Ze is niet meer het meisje dat een paar straten omliep in een – vergeefse - pogingen het gepest te ontwijken en dat de pijn zo diep mogelijk wegstopte. Ze laat zich niet wegsturen, verstopt zichzelf niet meer en doet ook niet meer of het geen pijn doet.

De pijn in haar hart maakt plaats voor opluchting en ze hervindt de veiligheid diep in zichzelf. Ze voelt zich hierdoor heel, niet meer aan elkaar gelijmd, maar samengesmolten met gouden randjes en daarmee zoveel mooier en sterker dan dat ongebroken meisje van acht nu zonder deze ervaringen geweest zou zijn. 

Terug naar het blog overzicht

Deze website gebruikt cookies. Klik op de onderstaande button om hiermee akkoord te gaan.